De voorbije zes weken Ecuador slaan je met verstomming. De eerste weken is het wennen aan het spaans, aan de toch wel koude temperaturen, aan de grimmige sfeer in de grote steden, aan de gelatenheid in meer afgelegen gebieden. Tegelijkertijd moesten we wennen aan het idee dat we bijna een jaar weg zijn. We hebben gevloekt op onze rugzakken (god waar zit dat nu weeral), maar ondertussen heeft alles zo'n beetje een vast plek gekregen en vinden we de dingen sneller terug.
Het land is rijk aan natuurschoon: de andes, de zee, de jungle en de galapagos.
Maar door te praten met Ecuadorianen zelf merken we veel ontevredenheid: het land wordt slecht geleid en dat is hier niet omdat er nog altijd geen premier is aangesteld. De leiders zijn corrupt, ze denken alleen aan het eigenbelang en hun eigen portemonnee. De president hier is getrouwd met een Belgische, maar ik twijfel of zij mee in het complot zit.
Wél betrokken partij zijn oliemaatschappijen (Ecuador heeft een grote voorraad olie in de grond zitten), politici en het leger. De regering maakt geen werk van degelijk onderwijs, ziekenzorg en sociale zekerheid is een verantwoordelijkheid die op de schouders rust van de familie. In een stad als Quito kan je 300 USD verdienen per maand, aan de kust ligt dat loon op 150 USD en in kleine dorpjes moeten veel mensen het stellen met 120 USD per maand. Soms zijn levensnoodzakelijke dingen zoals water peperduur omdat ze in handen zijn van prive-maatschappijen (vaak Spaans van oorsprong) die zoetwaterbronnen (zoals een meer vlakbij Guayaquil) opkopen om daarna leidingen aan te leggen en het water aan woekerprijzen te verkopen. Vandaar dat Guy Mennen uit België bijvoorbeeld werk maakt van een project waarbij boeren zelf naar water kunnen boren en een pomp installeren om tenminste hun koeien van water te kunnen voorzien. Hij probeert daarbij ook Ecuadorianen zelf te betrekken.
Het regenwoud. Wij hebben het niet gezien, maar het is er wel. Deze groene long wordt nog steeds gekapt omdat houthandelaars de lokale bevolking scholen, wegen, ziekenhuizen en vrouwen beloven in ruil voor de bomen. Het stamhoofd uit zo´n jungledorp ziet het belang niet in van het behoud van het regenwoud. We troffen een man in Puerto Lopez die het regenwoud al 17 jaar bestudeert, in het bijzonder het stukje in Ecuador dat grenst tegen Colombia, en bij hem kan je een stukje jungle kopen van 1 hectare voor 100 USD (niet om het te kappen uiteraard!). Zijn project omvat ook het inventariseren van fauna en flora in die unieke biotoop.
Er is verder een grote emigratiestroom op gang gekomen. Iedereen wil naar Europa (Spanje) of de States waar velen denken snel een massa geld te kunnen verdienen. Men probeert zo creatief mogelijk om te springen met de emigratiewet. Mensen verkopen soms hun hele huis om zoon- of dochterlief de grens over te krijgen. Maar in het buitenland loopt het niet zoals verhoopt - wat wil je, als illegaal heb je totaal geen rechten. Dat leidt als vanzelf tot familiedrama´s. Ze sluimeren in elk Ecuadoriaans dorp en ondermijnen de verdere groei van het land zelf.
In Puerto Lopez zagen we vissers hamerhaaien op een vrachtwagen laden. Wij dachten dat dit een beschermde vissoort is. Wat blijkt: tot voor twee maanden was vissen op hamerhaaien inderdaad verboden, maar eind september worden er verkiezingen georganiseerd en één bepaalde politicus heeft het voor elkaar gekregen om de kleine lettertjes aan te passen. Om stemmetjes te ronselen is het voortaan toegestaan de ´toevallig´in de netten verzeild geraakte hamerhaaien toch op de vismarkt aan te bieden. Tja, dat betekent min of meer de doodsteek voor de hamerhaai in Ecuadoriaanse wateren.
Misschien is dit allemaal een gevolg van de andere cultuur waarin die mensen leven, dachten wij. Je mag niet alles zomaar meteen veroordelen. Maar Raul, de eigenaar van hostal Itapoa in Puerto Lopez, bekijkt het probleem van een andere kant. Mensen in Ecuador kennen hier niet de vier seizoenen zoals wij die kennen. Hebben nooit geleerd dat je hard moet werken in de lente, sparen wat je oogst in de zomer, om netjes de winter te kunnen overleven. Zeker de sociaal lagere klasse springt heel nonchalant om met werkmoraal. Een man die in Ecuador vanuit zijn hangmat een pit van een passievrucht op de grond spuwt, kan het jaar erop vanuit diezelfde hangmat de passievruchten van de boom plukken... Werken is nergens goed voor, luiheid zit er van nature wat in. Eenzelfde verhaal horen we van een advocaat die we ontmoeten in Quito. Hij voegt er nog aan toe dat zijn land in de recente geschiedenis geen grote oorlogen heeft gekend, het land heeft geen grote littekens en dat straalt af op het volk: "ons kan niets gebeuren..."
Na zes weken hebben we uiteraard geen volledig beeld van het land, daarvoor reikte onze taalkennis ook nog niet ver genoeg. We verlaten Ecuador met tegenzin, we hadden het hier prima naar onze zin.
07 september 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Hans,
De regen valt gestaag in Rockport, nadat we een hele mooie droge zomer periode hebben meegemaakt. Ik lees jouw e-mail, waarvoor dank. Ik las ergens een statistiek over het verdwijnen van de regenwouden...ik ben het cijfer kwijt...maar het is onbegrijpelijk snel, zoals de ontbossing plaatsvindt. Bijzonder dat je het zo direct kan waarnemen en dat je verslag uitbrengt. 1 Hectare voor $ 100... Je schrijft het...wij lezen het...en we doen allemaal niets... Moet je eens voostellen...een gezamelijk bos...
Hoeveel hectaren zouden de vrienden van hand bij elkaar kunnen sprokkelen? Ik doe mee!
Een reactie posten