20 september 2007

VALS GELD


Niemand vertrouwt geld. In Ecuador hadden ze er al een handje van weg, maar hier in Peru wordt het al helemaal een lachertje. Als je een briefje afgeeft om een brood te betalen, zelfs eentje van 10 sol (= 2,5 euro), volgt er een bijzonder ritueel. De verkoper neemt het briefje aan, fronst de wenkbrauwen, houdt het omhoog in het licht en controleert zorgvuldig het watermerk, eventuele barstjes in het papier en scheurtjes aan de rand. Als iets er op wijst dat dit een vals briefje is, ben je de klos, want dan moet hij een ander briefje hebben. Briefjes van 50 of 100 sol zijn zo mogelijk nog moeilijker kwijt te raken, want bijna niemand kan teruggeven. Nu, gesteld dat mijn briefje van 10 sol de visuele test met succes doorstaat, komt het vervolg van de analyse. De verkoper begint namelijk met de rug van zijn nagel over het relief van het briefje te krabben: zo voelen ze of er al dan niet bedrog in het spel is. Hilarisch is dat. En het maakt trouwens niet uit of je gringo (vreemdeling) bent of niet: ook eigen volk moet dezelfde test ondergaan.
In mijn geval was het een echt briefje. Het brood smaakte beter dan ooit.

19 september 2007

TIJDVERDRIJF OP DE BUS

Ik moet jullie ook nog vertellen wat je zoal kan doen op busritten van 10 of meer uur.
1: controle van de blaas.
De bus stopt om de vijf uur. Dat is om te beginnen vervelend voor de chauffeur, die ei zo na in slaap dreigt te sukkelen na 5 uur. Maar meer nog zijn die vijf uren een aanval op de urineblaas. De meeste bussen hebben geen toilet, en als ze er eentje aan boord hebben, is het toilet tot nader order afgesloten. We weten nog niet precies wat de beste methode is om niet te hoeven plassen: er niet aan proberen te denken, of gewoonweg niet drinken voor je op de bus stapt.
2: verkopers op de bus animeren het publiek
Er zijn verkopers van bananen, appelsienen, kip (dood), tamales, empenadas. Die kenden we al uit Ecuador. In Peru stapt er een nieuw soort op de bus: verkopers van diensten allerhande zoals een nieuwe godsdienst, manieren om beter te studeren... Wie wist er al dat de optimale afstand tussen een blad van een boek en je ogen 30 cm was? Juist, dat soort kennis. Je wordt niet alleen afgeleid, je leert ook nog eens iets bij. De beste verkoper was die van een soort tarzanzalf die goed was tegen hoofdpijn en verkoudheid en bij uitbreiding tegen alle ziekten die je op een bus of daarbuiten kunnen overvallen. Voordeel van het zalfje: toen de verkoper iedereen op de bus een staaltje gaf, rook de bus meteen een stukje frisser.
3: spaans spreken met de buurman.
Helaas, hoe dieper je de Andes in rijdt, hoe vaker mensen een onverstaanbaar taaltje spreken. Dat is het Quechua, leunt als je het ons vraagt sterk aan tegen het Vietnamees.
4: proberen onzichtbaar je ipod op te zetten om naar muziek te luisteren
Ik heb niet graag dat we me dat ding van m'n kop rukken bij een halte of zo. Vandaar dat ik hem niet vaak gebruik op de bus.
5: boekje lezen op rechte stukken
Helaas, rechte stukken in de Andes, dat is als een rechte banaan.
6: vuilbakjes zoeken om afval in te werpen
Nog maar 1 bus tegengekomen met plastic afvalzakjes.

18 september 2007

ZOT VAN DE BUS





Terwijl het aandeel van Apple maar blijft stijgen (net de miljoenste Iphone verkocht in de States) en ze bij Janssen Pharmaceutica met de handen in het haar zitten, worden wij stilletjes aan zot van de bus.
Even terug in de tijd: op donderdag 13/09 vertrekt de nachtbus van Huaraz naar Lima stipt om 22 uur. We zijn geen voorstanders van nachtritten, maar de weg tussen Huaraz en Lima is betrekkelijk rechtdoor en volledig geasfalteerd. Bovendien boeken we bij de hoogst aangeschreven busmaatschappij in Peru 'Cruz Del Sur'. Tenslotte hadden we deze tocht in de andere richting al eens eerder gedaan, we wisten dus hoe de omgeving er uit zag. Van slapen komt echter niet veel in huis, zodat we om 05u30 erg moe uit de bus stappen in het centrum van Lima. We nemen een taxi naar het treinstation, waar stipt om 7 uur in de ochtend de trein naar Huancayo vertrekt. De trein geeft het gevoel mee te spelen in een oude film. Weinigen hebben de kans om dit te doen, hij rijdt immers maar 20 keer per jaar. (check rittenschema op http://www.ferrocarrilcentral.com.pe/)
Na 13 uur trein maken we een korte tussenstop in Huancayo, de grootste stad in het zuiden van de Andes in Peru. We komen nooit te weten hoe de stad er uit ziet, want de volgende ochtend al stappen we om 06u30 op een nieuwe bus (en een nieuwe busmaatschappij, het duurt wel even voor je doorhebt hoe het bussysteem in Peru werkt) richting Ayacucho. We zijn alweer vertrokken voor bijna 9 uur bus. We malen 250 km af over veldwegjes. Gelukkig zitten er geen hartpatiënten op de bus.
In Ayacucho blijven we 2 nachten, deels omdat we een dagje uit de bus willen blijven, deels omdat het een erg mooi stadje is (zie eerdere bijdrage over Ayacuccho).
Maandag 17/09 weer een bus: 10 uur naar Andahuaylas. Deze rit is zo mogelijk nog erger dan de vorige, alhoewel we een relatief sjieke bus hebben, blijven de afgronden mottig diep. We delen de bus met een groepje Vlamingen die aan een bouwkamp in buurt van Ayacucho hebben deelgenomen.
Dinsdag 18/09: we kijken niet bepaald uit naar de laatste etappe. We vertrekken om 13u voor nog maar eens zes uur zand en grintweggetjes. Om halfzeven die avond rijden we ongedeerd het parkeerterrein op van het busstation van Abancay. We nemen ons plechtig voor de eerste tien dagen niet meer op een bus te stappen. En dat hoeft gelukkig ook niet, want hier in Abancay worden we opgewacht door Stijn en Anneleen. Ze werken hier al een anderhalf jaar als coöperant voor Volens en wij komen een maand lang helpen aan hun project.

16 september 2007

10 AM PIC


Ingrid weet nooit wanneer het 10 uur is. Ze leeft wars van uur en tijd. Was ik ook maar zo. Vanochtend beslist ze om toch een horloge te kopen.

AYACUCHO








De busrit van Huancayo naar Ayacucho vertrekt om 06u30 in de ochtend. Het is een bloedstollende deathride van 9 uur over 99% grint- en zandwegen. Het bergweggetje biedt echter onvergetelijk mooie panorama's. We delen de bus met een Duitse verpleger die het na vijf jaar ziekenhuislucht in Duitsland wel gezien heeft. Hij overweegt vrijwilligerswerk te gaan doen in Peru, maar heeft eigenlijk geen enkel vooruitzicht wat dat betreft.
Ayachucho staat bekend om zijn dertigtal kerken en ik moet zeggen, als we een eerste keer op verkenning gaan in het stadje voelen we er ons meteen thuis. De Plaza de Armas, het centrale plein zeg maar, ziet er prachtig uit. Net voorbij de Plaza lopen we tegen een Duitse vrouw aan, een psychologe die met haar gezin een jaar in Ayacucho werkt. Ze geeft ons een tip: er speelt vanavond een film van Almodovar in het Cultureel Centrum. Dus wij naar 'High Heels'. We zijn er de enige toeristen en kunnen nauwelijks het spaans volgen. Blijkbaar is Spaans Spaans toch wel een pak sneller dan Peruviaans Spaans. Dat zorgt wel voor wat frustratie: we hadden net de indruk dat we al goed onze plan konden trekken. De volgende dag is het om 11 uur opnieuw op de Plaza de Armas vezamelen voor een optocht van alle scholen en jeugdverenigingen. Het eerste luik van die optocht doet erg militair aan, met veel geweren en soldaten die soms van pure verveling in slaap sukkelen. Pas na een half uur mogen de kindjes in kostuum voorbij de gouverneur en enkele politieke kopstukken van het stadje paraderen.
Vlak bij ons hotel, Hostal Marcos, ligt een bakkerij in een steegje. Ze bakken daar nog echt op de ouderwetse manier en wat leuk is: alles gebeurt in open lucht (er is enkel een dak boven de oven en een afgesloten ruimte waar het deeg wordt voorbereid), je kan dus een kwartiertje blijven kijken en het hele proces volgen. Vooraan in de bakkerij liggen stapels houtblokken, en het grootste werk lijkt te gaan naar het heetstoken van de oven. De bakker bakt om 05u30, 12u00 en 18u00. Nooit brood, enkel pistoleekes en zoete broodjes. De klanten staan aan te schuiven, het is een plezier om dit te zien en vooral te proeven.